Woningsluiting op grond van artikel 174a van de Gemeentewet: sprake van ernstige verstoring van de openbare orde?

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) heeft zich in de uitspraak van 20 maart 2024 uitgelaten over een woningsluiting waartoe de burgemeester van de gemeente Zoeterwoude heeft besloten op grond van artikel 174a van de Gemeentewet (ECLI:NL:RVS:2024:1142). De Afdeling legt uit wanneer en beoordeelt of in dit geval sprake is van een ernstige verstoring van de openbare orde als bedoeld in dat artikel.

Wat was er aan de hand?

De wederpartij was huurder van een woning in Zoeterwoude. Volgens de burgemeester wijzen de meldingen van de buren en de informatie van de politie erop dat de wederpartij meermaals forse overlast heeft veroorzaakt, als gevolg waarvan het woongenot van de buren ernstig is aangetast. Daarom heeft de burgemeester besloten de woning op grond van artikel 174a van de Gemeentewet te sluiten voor de duur van zes maanden. Aan dit besluit heeft de burgemeester de bestuurlijke rapportage ten grondslag gelegd waaruit dan ook blijkt dat meldingen zijn gedaan over schelden, bedreigen, met een stok zwaaien, een deuk in een regenpijp slaan, over de schutting schreeuwen, een slipper naar een bejaarde man gooien en in de nacht op ramen bonken.

Het hiertegen gemaakte bezwaar is ongegrond verklaard door de burgemeester. Hierna is de wederpartij in beroep gegaan. De gegrondverklaring van het beroep door de rechtbank is voor de burgemeester aanleiding geweest om in hoger beroep te gaan bij de Afdeling.

Artikel 174a van de Gemeentewet

Ingevolge artikel 174a, eerste lid, aanhef en onder a, van de Gemeentewet kan de burgemeester besluiten een woning te sluiten indien door gedragingen in de woning de openbare orde rond de woning ernstig wordt verstoord. Het gaat hierbij dus om een discretionaire sluitingsbevoegdheid.

Momenteel geldt dat burgemeesters op grond van het eerste lid nog in twee andere gevallen kunnen overgaan tot woningsluiting. Op 4 oktober 2022 was namelijk een wetsvoorstel ingediend tot uitbreiding van de sluitingsbevoegdheid ex artikel 174a van de Gemeentewet (zie onze eerdere blogpost hieromtrent). Dit wetsvoorstel is aangenomen door de Staten-Generaal en de uitgebreide bevoegdheid tot woningsluiting is van kracht sinds 1 januari 2024. In het eerste lid is nu ook bepaald dat burgemeesters bevoegd zijn een woning te sluiten indien sprake is van (ernstige vrees voor) een ernstige verstoring van de openbare orde door ernstig geweld of een bedreiging daarmee (sub b) dan wel door het aantreffen van een wapen (sub c).

In deze zaak ging het om de oude variant van het eerste lid van artikel 174a van de Gemeentewet. Dit betreft echter exact dezelfde situatie zoals beschreven in sub a van het nieuwe eerste lid.

Ernstige verstoring van de openbare orde?

De Afdeling verwijst allereerst naar haar eerdere rechtspraak voor de uitleg wanneer de burgemeester gebruik kan maken van de bevoegdheid uit artikel 174a van de Gemeentewet. Dat kan namelijk als aan de hand van concrete, objectieve en verifieerbare gegevens moet worden vastgesteld dat de gedragingen zich in de woning voordoen, er langdurige overlast is die zich met grote regelmaat voordoet en die maatschappelijk onaanvaardbare vormen heeft aangenomen. Verder vergt verstoring van de openbare orde dat sprake is van overlast waardoor de veiligheid en gezondheid van mensen in de directe omgeving van de woning in ernstige mate worden bedreigd en dat de overlast risico’s geeft voor de omgeving die vergelijkbaar zijn met drugsoverlast. Deze uitleg sluit aan bij wat de wetgever heeft bedoeld met artikel 174a van de Gemeentewet.

De Afdeling overweegt vervolgens dat het in deze zaak niet ging om een ernstige bedreiging van de veiligheid en gezondheid van de mensen in de directe omgeving van de woning, nog daargelaten of deze werd veroorzaakt door gedragingen in of vanuit de woning. Hoewel de overlast zoals blijkt uit de bestuurlijke rapportage ernstig is, is naar het oordeel van de Afdeling geen sprake van een ernstige verstoring van de openbare orde in de zin van artikel 174a van de Gemeentewet. Derhalve was de burgemeester niet bevoegd om de woning te sluiten.

Conclusie

Om toepassing te kunnen geven aan de sluitingsbevoegdheid uit artikel 174a van de Gemeentewet, dient sprake te zijn van (ernstige vrees voor) een ernstige verstoring van de openbare orde. Uit vaste Afdelingsjurisprudentie volgt wanneer sprake is van de situatie in sub a van het eerste lid. Omdat daaraan niet wordt voldaan in de onderhavige zaak, beschikt de burgemeester van Zoeterwoude op grond van artikel 174a van de Gemeentewet niet over een bevoegdheid tot woningsluiting. De Afdeling komt daarom niet toe aan een beoordeling van de sluitingsduur.

Op de hoogte blijven?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief! Dan zorgen wij ervoor dat u op de hoogte blijft van de belangrijkste ontwikkelingen binnen onze expertises.